Geografie
Reliëf
Peru heeft drie landschapsvormen: Oerwoud (Amazonelaagland) - La selva Kustgebied - La costa Gebergten - La sierra
De selva, het Amazonelaagland
In het tropische regenwoud heersen hoge temperaturen (boven 23°C) en veel neerslag. Het regenwoud is verdeeld in laaglanden onder de 700 meter en nevelwoud vanaf 700 meter. Het nevelwoud heeft een subtropisch klimaat met heftige regenbuien van november tot maart. Het regenwoud kun je het best tijdens de zomermaanden verkennen want dan is er het meeste zon. De selva beslaat ongeveer de helft van de oppervlakte van het land, maar minder dan 10% van de bevolking woont hier.
Laaglanden
In de laaglanden kent men twee verschillende seizoenen. Allereerst is er het droge seizoen (van april tot oktober), met temperaturen boven de 35°C. Tijdens deze maanden zakt het waterpeil van de rivieren en zijn de wegen in redelijke staat. Het regenseizoen loopt van november tot maart. In deze periode regent het minimaal één maal per dag keihard, en de modderige wegen maken het over land reizen in deze gebieden moeilijk.
De costa
La costa bestaat vooral uit steen en zandwoestijn (de Atacama) en ligt ingeklemd tussen de Stille Oceaan en de uitlopers van de Andes. Het is er fris (gem. 14° C), behalve in het noorden. De warmste maanden zijn december, januari en februari. Het regent er bijna nooit. Van mei tot half september hangt er een hardnekkige mist (garoa) waardoor men niet kan zwemmen. Want de Humboldtstroom (of Perustroom), een koude zeestroming in de Stille Oceaan, koelt het water sterk af. De kustlijn is 2000 km lang, van Chili tot Ecuador. Door de verstedelijking - en vooral door de kolossale groei van de bevolking van de hoofdstad Lima - woont hier nu ongeveer de helft van de bevolking van het land. Landbouw kan alleen worden bedreven in de dalen van de in de Andes ontspringende riviertjes, waar irrigatie mogelijk is.
De sierra
La sierra is het bergland tussen de kuststrook en het oerwoud. Het heeft een ontoegankelijk reliëf met lage of betrekkelijk lage temperaturen. Toch woonde hier van oudsher het grootste deel van de bevolking. Dat is minder geworden door de verstedelijking, maar nog altijd woont hier ca. 40 % van alle Peruanen, die in grote meerderheid indiaans zijn. Hier zijn de warmste maanden ook de regenmaanden: december tot april. Het Hoogland van Bolivia is na het Tibetaans Hoogland de hoogste vlakte van de wereld. Daar ligt ook het Titicacameer. Het regenseizoen ligt tussen december en maart.
Amazone
De rivier de Amazone ontspringt in de Peruaanse Andes en mondt uit in Noord-Brazilië. De rivier is ongeveer 6000 km lang. Het stroomgebied strekt zich uit over een oppervlakte van 6 miljoen vierkante kilometer. Het Titicacameer is op 3812 m hoogte het hoogste bevaarbare meer ter wereld. Dwars door het meer loopt de grens met Bolivia. De grote meerderheid van de bevolking van het land bestaat uit indianen en mestiezen. Tot enkele decennia geleden sprak de helft van de bevolking nog de indiaanse talen Quechua en Aymara als moedertaal. Door de verstedelijking is dat percentage de afgelopen decennia sterk gedaald.
Bergen
De voornaamste bergen van Peru, volgens hoogte gerangschikt: Nevado Huascarán: 6768 m (hoogste punt van het land) Yerupaja: 6634 m Coropuna: 6425 m Ausangate: 6384 m Huandoy: 6356 m Siula Grande: 6344 m Ampato: 6310 m Salcantay: 6271 m Huancarhuas: 6258 m Pumasillo: 6246 m Solimana: 6117 m Chachani: 6075 m Volcán Misti: 5822 m Deze bergen zijn allemaal in de Andes gelegen.
|