Aan de grens
Het is donderdag ochtend, 12 mei.
We zijn ondertussen een week op reis en we zijn door 5 landen gereden. We cruisen rustig door het golvend landschap vol met akkers. De autogastank hebben we net gevuld en we zullen rond 14 uur aan de grens zijn.
Slechts een paar auto’s en even weinig vrachtwagens staan te wachten voor de grensgebouwen. Het duurt wel even voor ze onze beide passen hebben gecontroleerd maar alles blijkt in orde en met weinig woorden wordt ons gewezen op het volgende loket de “douane”. De dame achter de computer heeft zonder veel moeite het export document van de FJ kunnen opvragen en alles blijkt in orde. De “paperless” douane in Europa werkt! |
|
We rijden Moldavië binnen |
|
Het onbekende land “Moldova”.
We zijn in Moldavië en dat is onmiddellijk te zien aan de nog grotere gaten en wegverzakkingen en de …. oude Lada’s. Nog maar 95 km naar Chicenau – de hoofdstad – maar of we daar willen verblijven, weten we nog niet. De reisgids waarschuwt voor hotels en restaurants die soms sjoemelen met de prijzen.
|
|
Het eerste wat ons opvalt zijn de talrijke wijngaarden |
De weg wordt breder maar daarom niet gladder, ik vermoed dat er tot 6 rijstroken zijn. Dat moet je raden want er is niet de minste wegmarkering. We hebben al een hele poos door wijngaarden gereden. Ze zien er anders uit dan die in West Europa, Australië of Zuid Amerika. De oriëntatie naar de zon lijkt willekeurig en ze lijken er weinig verzorgd.
In de hoofdstad is er druk verkeer. Door het ontbreken van wegmarkeringen is het niet altijd evident om op het juiste voogerselecteerde spoor te staan voor een verkeerslicht. We staan in het middelste van drie rijvakken en willen rechtdoor, niet naar links en niet naar rechts. Maar dat schijnt fout want achter ons begint een enerverend toeterconcert, we zijn verondersteld naar rechts te rijden!
We hebben besloten dat we naar het noorden rijden om er een monnikenklooster te bezoeken en misschien kunnen we daar ook overnachten.
|
|
Het mooie landschap met de Raut rivier waar de Manastery ergens moet te vinden zijn. |
Op zoek naar het “Manasteri Orheiul Vechi”
We houden halt bij drie man naast hun auto, om de zoveelste maal de weg naar het klooster te vragen. ‘Manasterie?’ vragen wij. Twee mannen komen naar ons toe en een stopt een vol glas bruinkleurig drank in Lieve haar hand. ‘Salut!’ Ze nipt ervan en geeft het glas gauw terug en dan ben ik aan de beurt. Het smaakt zurig en is licht gealcoholiseerd. Bij voldoende hoeveelheid inname garant voor een goede luim!
De weg leidt ons door dorpjes gebouwd op de helling van de heuvels rond het riviertje’ Raut’. De FJ past soms maar ternauwernood tussen de huisjes, en een steegje inrijden moeten we in meerdere malen voor- en achteruit doen. Zonder 4x4 hoog op de wielen kom je hier niet door! Na nog vele bevragingen komen we uiteindelijk aan op de kam van de lange heuvel waar het klooster staat. Dank zij een man die wat Portugees praat – hij had een tweetal jaar in de omgeving van Lissabon gewerkt – kwam ik bij de enig overblijvende monnik terecht die in het grottenklooster leeft.
Hij ziet er stokoud uit de monnik. Hij spreekt- voor mij verstaanbare talen - een paar woorden Frans en Engels en ook wat Duits. En laat mij de grotten zien. Aan de rand van de klif wijst hij mij in de diepte een gebouw met groen dak. ‘Daar kan je slapen’ maakt hij mij duidelijk. ‘Tot morgen’ groet ik hem tot afscheid en ik loop terug naar Lieve die bij de FJ is blijven wachten. De FJ bewijst opnieuw zijn off-road kwaliteiten als we langzaam de steile uitgeregend aardeweg naar het motel rijden.
|
|
De monniken leven hier in een 13 eeuws klooster
|
Klik hier voor meer foto's |
Het Manasteri Orheiul Vechi
Vrijdag 13 mei.
Van op ons balkon hebben we een adembenemend zicht op de mooiste site van Moldavië. Een nu kleine rivier meandert door de met loofbomen begroeide krijtrotsen. In de valleien staan huizen verdoken tussen het groen. Straks gaan we terug de smalle klif oprijden naar het klooster met de kwieke monnik.
We hebben net ontbeten en herorganiseren onze dakkoffer om wat minder gehinderd te worden door gerammel. Ja, de wegen hier... We klimmen met de FJ tot aan het klooster en dalen de trappen onder de toren af naar de het in kalksteen uitgehouwen klooster. Onze monnik staat te brevieren en doet teken stil te zijn en rond te kijken. Hij blijft verder bidden zonder ons een woord te gunnen.
Er is waarschijnlijk niet zoveel verschil tussen het leven hier in en op deze klif, en het leven 700 jaar geleden. Tijdens de Russische overheersing werd het klooster gesloten en het is pas in 1997 terug bewoond. Hoelang nog? |
|
We vinden het veiliger met een Belgische nummerplaat
|
|
We zijn geen Amerikanen meer. |
Het Moldaafs wijngebied
100 km lange gangen in kalkrotsen, 1.900.000 flessen wijn en nog meer superlatieven hebben ons naar het Milestii Mici wijngoed doen rijden. Onderweg, niet zover van de kliffen met het klooster, probeerden we contact te maken met de portier van een ander wijngoed. Maar dat lukte niet zo goed in het Moldaafs of Russisch. En 50€ betalen voor een onverstaanbare rondleiding vonden we wat veel.
Bewegwijzering is onbestaand hier in Moldavië, maar we vinden uiteindelijk toch het domein en rijden voor de poort waar al een aantal auto’s en voetgangers staan te wachten. De poort zwaait open voor onze FJ en we worden vriendelijk uitgenodigd om het domein in te rijden.
Geen rit in de onderaardse gangen, geen degustatie, geen humoristische rondleiding in het Engels. Niets daarvan. Er is even geen elektriciteit en na een half uur wachten wordt het duidelijk dat dit probleem vandaag niet meer zal hersteld geraken. Morgen kunnen we terug keren. De bezoeken worden georganiseerd vanaf 14 uur zegt de dame van de receptie. Zo enthousiast zijn we niet dat we hier 24 uur willen voor wachten om minstens 60€ achter te laten. Als alternatief kopen we een drietal flessen wijn om kennis te maken met dit volstrekt onbekende product, gemaakt met de druiven van overwegend Franse rode wijnstokken zoals Merlot, Cabernet Sauvignon… |
|
We bezochten het Moldaavse wijnhuis: Milestii Misti
|
Voor meer foto's klik hier |
Het is ondertussen al laat geworden om nog verder te trekken. Naar Cincenau willen we niet terug.
Wild kamperen op een boogscheut van het wijngoed was de logische oplossing voor ons overnachtingprobleem gisteren. De Merlot die we hadden gekocht was niet veel zaaks maar toch drink- en heel betaalbaar. Het vuurtje dat we hadden aangelegd om wat na te genieten van de heerlijke avond met het gratis concert van tientallen vogels was er de oorzaak van dat we plots werden omringd door een achttal jonge snaken. Wat beangstigend voor Lieve, maar ze wilden uiteindelijk alleen maar kennis komen maken en de FJ zien. |
|
Onze camping in de vrije natuur |
Ik word wakker, het is kwart voor zes en ik zie geen zon. Integendeel, de lucht is vol met donkere regenwolken. Vlug ruimen we alles op en plooien we de tent dicht. Dat was nipt. Het is inderdaad beginnen regenen en een natte tent opplooien wilden we vermijden. Onder de uittrekluifel die ik achteraan de FJ heb gemonteerd kunnen we ontbijten zonder nat te worden.
Als we rond negen wegrijden schijnt de zon. Wij willen vandaag naar Odessa aan de Zwarte Zee in Oekraïne een ritje van slechts 200 km.
Nog 150 km en we rijden richting Zuidoost. De weg is verlaten, het is tenslotte zaterdag. Een Honda CRV heeft ons een ogenblik geleden ingehaald en rijdt nu enkele honderden meter voorop. Hij vertraagt, ik wil hem voorbijsteken maar hij wijkt uit naar links en laat de 4 pinkers knipperen. Verdomd wat voor gek is dit? Roep ik uit. Ik blijf veiligheidshalve achter de Honda rijden en zie tot mijn verbazing een politie check punt. Na dit punt gaat de Honda er weer vandoor. Tot…we er weer pal achter rijden. Hij laat opnieuw de 4 knipperlichten werken en met zijn arm door de ruit wenkt hij ons naar de kant van de weg. Er volgt nu een gesprek met handen en voeten. We hebben begrepen dat we niet naar Odessa langs de hoofdweg langs Tiraspol mogen rijden want daar wachten ons veel problemen, en hij wijst naar de bagage op het dak van de FJ..
Het onbestaande land Tranistrië.
Tiraspol is de hoofdstad van de zelf verklaarde republiek Tranistrië. Het is een streng communistisch (onerkend en onbestaand ) land binnen Moldova. Ze hebben zelfs grenzen getrokken en controleren de reizigers. Vooral Westerse reizigers zijn ongewenst en als ze dan toch per toeval in Tranistrië verzeild geraken, wachten hun talrijke problemen met boetes van 200€ en meer om bijvoorbeeld geen visum bij te hebben!...(visum van een land dat niet bestaat)
Hij maant ons aan hem te volgen tot we op een kleinere alternatieve weg komen die ook naar Odessa leidt maar dan niet door Tranistrië loopt. We hebben zojuist handen gedrukt met de behulpzame en vriendelijke man en vertrekken met een ander beeld van de roekeloos rijdende Moldaviers. Dank je George! |
|
We rijden Moldavië buiten |
|
Voor onze juiste route zie op de beginpagina onder: Our route - GPS tracks of klik hier |
|